Populaire tips om te beleggen in aandelen zijn er voldoende. Maar zijn ze ook zinvol? En vooral, zijn ze goed voor het rendement van jouw portefeuille?
Strivoro ging op zoek naar 5 populaire beleggingstips. Alleen, ze toepassen in de praktijk zou wel eens vervelende gevolgen kunnen opleveren. Als belegger kan je dus maar beter opletten met dergelijke populaire beleggingstips. Het is een beetje als met de weerspreuken. Er zit vaak wel iets in dat waar is. Maar je kan je er beter toch niet op baseren. Zo is het ook met dergelijke populaire beleggingstips. Leuk om weten, maar pas ze toch maar liever niet toe op je portefeuille.
1. De markt timen
“U kan ook proberen de markt te timen en enkel aandelen te kopen wanneer u verwacht dat er op de beurs een goede periode voor de deur staat.”
De beste strategie is en blijft de ‘buy-and-hold’ methode. De reden hiervoor is dat het onmogelijk te voorspellen is wanneer ‘een goede periode voor de deur staat’. Wie voorspelde immers begin dit jaar dat het op dat moment hét moment was om aandelen te verkopen? Het belangrijkste principe voor een belegger is continu belegd te zijn in aandelen via een zeer goed gediversifieerde portefeuille of een indexfonds. Onderzoek wees immers uit dat de opportuniteitskost van het niet 100 procent belegd te zijn in een stierenmarkt veel groter is dan het (kleinere) verlies opgelopen in een berenmarkt.
2. De kalendermethode
“De donkere maanden van het jaar zijn in ons land meestal een goede periode (om te beleggen). De zomer is traditioneel een zwakke periode voor de beurs.”
Sommige adviseurs wijzen erop dat bepaalde maanden of dagen beter zijn om in aandelen te beleggen dan andere. Er zijn evenwel twee grote problemen met deze tips.
Ten eerste: in een bepaalde studie wordt een specifiek kalendereffect gevonden, in een andere studie weer niet. Het effect wordt opnieuw gevonden voor een bepaalde beurs gedurende een andere periode. Dan wordt het effect weer niet meer gevonden voor een andere beurs. Het duikt op en het verdwijnt weer. Dit wordt ook de wet van Murphy op de financiële markten genoemd. Voor de Brusselse beurs was tot voor kort maandag een slechte dag om te verkopen. Nadien was het dinsdag. Een andere studie vond dan weer negatieve returns op donderdag.
Bovendien is het niet eerlijk om over deze effecten te spreken alsof beleggers hiermee – in de (verkeerde) veronderstelling dat het kalerendereffect van toepassing zou zijn en blijven – een extra rendement kunnen halen. Vaak gaat het om zeer kleine en oninteressante verschillen die particuliere beleggers niet kunnen uitbuiten door de hoge transactiekosten.
3. Wanneer verkopen?
“Verkoop bij elke verdubbeling van de koers de helft en ga verder met uw oorspronkelijke belegging. Zo stelt u de winst veilig en profiteert u ook nog van de verdere koersstijgingen.”
Beleggers hebben nood aan regeltjes die hen toelaten ‘s nachts nog goed te kunnen slapen. Dit is er één van. Indien iemand een aandeel in portefeuille heeft dat het goed gedaan heeft, is hij bang dat de winst weer verloren zal gaan. Terecht. Toch kan hij beter gewoon alle aandelen in portefeuille houden. Indien hij immers de helft van zijn aandelen verkoopt na een koersverdubbeling, heeft hij helemaal geen ‘winst veilig gesteld’. Hij heeft enkel zijn oorspronkelijke inzet terug. Stel dat de koersen nadien verder blijven stijgen. Waarschijnlijk zal de belegger zich voor het hoofd slaan dat hij een deel van zijn aandelen reeds verkocht heeft. Vandaar dat buy-and-hold de beste oplossing blijft.
4. Op zoek naar goede aandelen: analyseer de cijfers
“Wie koopjes wil vinden op de beurs, mag niet vies zijn van wat cijferwerk.”
Dit citaat verwijst naar de zinloze oefening om de jaarverslagen van ondernemingen uit te pluizen om ondergewaardeerde aandelen te vinden. Zinloos, maar relatief ongevaarlijk. Op voorwaarde dat de belegger geen portefeuille opbouwt van enkele aandelen waarin hij zich specialiseert en niet de illusie koestert op die manier de beurs te kunnen verslaan. Het is zinloos omdat alle informatie uit de jaarverslagen al lang in de koersen van de aandelen zit: het is de basis van de efficiëntemarktentheorie.
5. Beleggingsclubs: een hobby waarmee u geld verdient
“Belegt u via een club elke maand 25 euro op de beurs, dan moet u bij een normaal aandelenrendement na tien jaar een kapitaal kunnen vergaren van ruim 5.000 euro.”
Roland Van der Elst vermeldt in zijn boek ‘Winnen met aandelen’ het verhaal van een belegger die niet akkoord ging met de beleggingsstrategie van zijn beleggingsclub. Hij kocht telkens de aandelen die de club verkocht. Volgens Van der Elst behaalde deze belegger een mooie return. Eerder onderzoek wees uit dat de prestaties van de meeste beleggingsclubs ondermaats zijn. Veel beleggingsclubs hebben er dan ook in de barre jaren de brui aan gegeven. Toch maar een indexfonds kopen en gaan vissen als hobby?